M-resident Tom Hallet aan het woord

M-resident Tom Hallet aan het woord

M-resident Tom Hallet

© M Leuven, foto: Sanne Delcroix

Een museum heeft veel taken, vinden we bij M. Kunst tonen en bewaren natuurlijk, maar ook: kunstenaars de kans geven om in alle rust aan projecten te werken. Daarom organiseert het museum residenties in het M-atelier in Cas-co, een voormalig magazijn van Stella Artois dat dat omgevormd is tot werkruimtes voor kunstenaars. Van begin februari tot eind juni is het de beurt aan Tom Hallet (31).

M-resident Tom Hallet

© M Leuven, foto: Sanne Delcroix

Van begin februari tot eind juni neemt Tom Hallet (31) zijn intrek in het M-atelier. 

 

“Ik was als kind altijd aan het tekenen. Na de middelbare school leek het mij een logische stap om kunst te gaan studeren, al had ik toen nog geen besef van wat dat echt betekende. Mijn enige referenties op dat moment waren grote namen als Picasso, Manet of Cézanne – vooral mannen. Ik had zelf geen uitgewerkte visie of zo, maar ik wist wel dat kunst het enige was waar ik me comfortabel bij voelde en waarin ik me echt kon uitdrukken. Iets waarmee ik een zoektocht kon doen naar mijn identiteit, op de meest vrije manier.” 

 

“Ik heb me ingeschreven bij Luca School of Arts in Brussel en dat viel meteen mee. Je wordt er goed omringd door docenten die de tijd voor je nemen. De eerste jaren ging er echt een wereld voor me open.”

 

“Bij Luca School of Arts leggen ze de nadruk op de concepten achter je werk. Wat je doet om dat werk te maken, is dan wat minder belangrijk. Dat heeft een grote invloed op me gehad: kunnen nadenken over mijn werk, de kern vinden van wat ik vertel, dat heb ik daar geleerd. Daardoor heb ik in die jaren ook heel weinig getekend. Het werd niet ontmoedigd, maar ook niet aangemoedigd.”

 

Collectief

“Toen ik afgestudeerd was, heb ik eerst zoals iedereen geprobeerd geld te verdienen. Als kunstenaar heb je zoveel jobs: je moet je kunst maken, een normale job hebben zodat je centen hebt óm je kunst te kunnen maken, jezelf promoten… Een heel moeilijke knoop. Plus: je staat er plots alleen voor, nadat je jarenlang deel hebt uitgemaakt van een fantastische gemeenschap. Gelukkig hebben een paar gelijkgestemde oud-studenten van Sint-Lukas en ik elkaar gevonden. We hebben een collectief opgericht, SOIL Collective, waarmee we zelf tentoonstellingen zijn gaan organiseren.”

 

“Op een gegeven moment zaten we in Porto, waar we deelnamen aan een tentoonstelling. Het was een uitsluitend digitaal project, en ik ben helemaal geen digitale mens. Omdat ik niet zo veel kon bijdragen, ben ik spontaan weer beginnen te tekenen en te schetsen. Na een poosje dacht ik: ik heb hier echt iets mee te vertellen. Ik wil dit heel graag tonen. Ik voelde me er zo zelfverzekerd over. Het collectief zei ja, en kort daarna had ik al mijn eerste solotentoonstelling.” 

 

“Daarna is de bal aan het rollen gegaan en ben ik mij vooral op mijn tekeningen gaan focussen. Mijn werk is ondertussen tentoongesteld in Wiels in Brussel, ik heb een residentie gehad bij Morpho in Antwerpen, nu is er de residentie in M…”

 

Horror

 “Ik maak ook sculpturen. Die hebben dezelfde gevoeligheid als mijn tekeningen. Er zit horror in, iets erotisch, iets visceraals... Het stinkt, maar er groeien wel planten uit. Net zoals mijn tekeningen ook altijd iets romantisch hebben.”

 

“Op dit moment is mijn voornaamste inspiratiebron niet beeldende kunst, maar literatuur. Ik lees ontzettend veel. Ik ben zelf queer, en ik neig vooral naar schrijvers die mijn taal hanteren en mijn leefwereld delen. Maggie Nelson, de auteur van ‘The Argonauts’, bijvoorbeeld. Ze schrijft altijd heel menselijk, ook in haar meer filosofische werken. Je begint de complexiteit van queer identiteit te begrijpen als je haar leest, en dat is een van de dingen die ik met mijn werk ook probeer te doen. Ik teken onder andere om mijn innerlijke wereld uit te drukken. De innerlijke beleving, de ambiguïteit van wat identiteit juist is.”

 

“In mijn figuratieve tekeningen werk ik vaak met stereotypen die mensen koppelen aan queer leven: dat we altijd op zoek zouden zijn naar seks, dat onze enige doel is om andere mensen tot onze levensstijl te bekeren… Al die rare sociale constructies die geen steek houden. Ik speel daar graag mee in mijn werk: ik laat mijn personages die negatieve connotaties weer opeisen. Dat maakt ze heel mysterieus en tegelijk ook heel zacht en open. Ik probeer ze altijd een eigen identiteit te geven. Ze kijken je recht in de ogen, ze dagen je uit vragen te stellen bij je plaats in de wereld.”

 

Groot formaat

“Mijn residentie bij M is begonnen op 1 februari en duurt tot eind juni. Het aanbod is er gekomen na de tentoonstelling in Wiels. Ik was een van de weinige kunstenaars daar die geen galerie hadden. Dat maakte me ongerust, ik had het gevoel dat ik uit de boot zou vallen. Maar ik heb toen een heel fijn gesprek gehad met Valerie Verhack van M. Zij stelde voor: kom gewoon een residentie doen bij ons. Zo kan je je concentreren op je kunst en bouwen aan je netwerk. Een fantastisch voorstel, want je wil natuurlijk niks liever dan met je werk bezig zijn.” 

 

“Ik ga een voorstel uitwerken voor het M-IDZOMER-festival in M. Ik speel met het idee een performance te houden tussen mijn sculpturen en tekeningen - iets heel nieuws voor mij.” 

 

“Maar vooral: ik ga tekenen. Het atelier van M is echt gigantisch, en daarvan ga ik profiteren om op groter formaat te werken - de meeste van mijn tekeningen tot nu toe zijn A4. Ik heb een rol papier van 1,40 bij 10 meter besteld, en ik zie wel hoe ik daar het juiste formaat in vind. Ik heb al een werktitel en een idee, maar daar wil ik het nog niet over hebben. De volgende maanden ga ik profiteren van die grote ruimte en tekenen, tekenen, en nog eens tekenen.”