M-resident Jivan van der Ende aan het woord
M-resident Jivan van der Ende aan het woord
Een museum moet niet alleen kunst tonen en bewaren, vinden ze bij M, maar ook kunstenaars de kans bieden om in alle rust aan hun projecten te werken. Daarom organiseert het museum elk jaar residenties in het M-atelier in Cas-co, een voormalig magazijn van Stella Artois dat omgevormd is tot werkruimtes voor kunstenaars. Jivan van der Ende (28) mocht er drie maanden lang, van juni tot september, haar nieuwe installatie creëren. “Ik heb nooit het gevoel dat ik mijn werk alleen maak. Het is altijd mét. Mét andere mensen, mét de plek.”
“Ik naaide al heel jong mijn eigen kleding. Het was een eerste vorm van werk maken, van experimenteren met situaties en identiteit. Met die kleren provoceerde ik en testte ik de verwachtingspatronen van de mensen in mijn omgeving. Eigenlijk onderzocht ik toen dus al de transformatieve kracht van kleding en kostuums, zoals de mogelijkheid om je verschillende identiteiten toe te eigenen. Het was dan ook niet raar toen ik op m’n 17de ging studeren aan de modeacademie in Arnhem.
“Nu, 11 jaar later, spelen beweging en het menselijk lichaam nog steeds een belangrijke rol in mijn werk. Ik onderzoek nog altijd hoe kleding aan sociale rollen en politieke structuren refereert.”
“Op m’n 23ste ben ik naar België verhuisd om beeldende kunst te studeren aan Sint Lucas Antwerpen. Uiteindelijk ben ik in 2019 afgestudeerd in Gent, aan de afdeling installatiekunst. Ik deed onderzoek, werkte veel, organiseerde zelf tentoonstellingen en leerde inspirerende mensen kennen. Al die elementen begonnen in mijn praktijk samen te vloeien en elkaar te versterken. Ik vond mijn plek in multimediaal werk, performance, video, en de combinatie daarvan.”
Het ontstaan van betekenis
“In mijn werk onderzoek ik het ontstaan, de verandering en het wegvagen van betekenis. Ik speel graag met de verwachtingspatronen die we hebben bij objecten, in het bijzonder bij sommige kledingstukken. Ik werk vaak met de geladen betekenis van bijvoorbeeld leger- en politie-uniformen, de werkkleren van vuilnismannen... In mijn afstudeerwerk 'Dress Rehearsal' onderzocht ik hoe de lading van een beeld kan veranderen bij het uit- en aandoen van een legeruniform.”
“In de installatie die ik voor M maakte, wilde ik onderzoeken hoe kleuren symboliek bevatten: nationalisme, trots, macht… En hoe het uitreiken van decoraties gelijk staat aan het toekennen van status. Het werk gaat over het visualiseren en symboliseren van macht. Ik toon decoraties zoals je ze in oude encyclopedieën ziet afgebeeld. Ik zoom in op de afbeeldingen tot ze oplossen in een soort abstractie, en dat vind ik heel interessant. Wanneer verdwijnt de herkenbaarheid en verandert de betekenis? Ik wil zo vraagtekens zetten bij de toekenning van status.”
“Daarnaast wilde ik in dialoog gaan met iemand die uitdrukkelijk werkt naar een concreet eindresultaat. Ik was geïnteresseerd in de tegenstelling met het procesmatige karakter van mijn praktijk, waarin experiment en improvisatie een belangrijke rol spelen. Zo kwam ik terecht bij bodybuilding, en specifiek bij bodybuilder David Flawinne.”
“Ik ging met David in gesprek over motivatie, routine en inspiratie. Hij is al tien jaar lang aan het bodybuilden, en nam in 2019 deel aan de HEROES CUP, een landelijke bodybuildingwedstrijd. Tegen mijn verwachting in merkte ik dat hij, net als ik, meer geeft om het proces dan het eindresultaat. Hij werkt aan zijn lichaam net zoals een beeldhouwer aan een sculptuur werkt, maar dan wel een sculptuur die nooit afgeraakt. Het gaat hem niet om een mooi eindresultaat, maar om het constant verleggen van zijn grenzen. Dat vergt een ijzeren discipline en een constante toewijding. Hij doet dat niet alleen, maar binnen de context van een hechte groep atleten. Zij trainen hem, en hij traint op zijn beurt hen.”
“Hier vond ik gelijkenissen tussen Davids vakgebied en mijn kunstenaarschap: de omgeving speelt een belangrijke en vormende rol. We delen ook een praktijk die constante toewijding vergt, en altijd in beweging is. En bovendien: in mijn installaties overweegt ook het procesmatig en onderzoekend karakter op het tonen van een af resultaat.”
“Ik heb David uitgenodigd om zijn work-out te tonen in mijn installatie. In een museale context, waar zijn training verandert in een beeldhouwpraktijk. Maakt dat van hem een levende sculptuur? Wie is er in dat geval de kunstenaar? En wat betekent het voor het werk als ik ervoor kies om me als Team David Flawinne te presenteren?”
Dubbel zoveel tijd
“Deze residentie is voor mij van grote waarde omdat ze me drie dingen schenkt: tijd, concentratie en het netwerk van het instituut. Het voelde alsof ik dubbel zoveel tijd had, omdat er geen afleidingen waren. Geen bijbaantjes, geen dagelijkse besognes... Daardoor kon ik me volledig concentreren op het werk. De ruimte is ook geweldig: ik heb nog nooit zo’n groot atelier gehad. Dat betekent dat je de installatie op de juiste schaal kan opbouwen en er in detail op kan werken.”
“Voor mij is het belangrijk dat ik actief bezig kan zijn met de context. In dit geval was dat de ruimte waar de installatie komt: het museum en zijn team, maar ook Cas-co, de plek waar de installatie ontwikkeld werd. Valerie Verhack van M kent mijn werk bijvoorbeeld goed. We hebben elkaar twee jaar geleden al ontmoet, en ze heeft ook mijn afstudeerwerk gezien. Ik heb nooit het gevoel dat ik mijn werk alleen maak. Ik betrek mijn beste vrienden bij het proces en ik hou de context en mijn omgeving in gedachten. Het is altijd mét. Mét andere mensen, mét de plek”
“M heeft al met veel getalenteerde kunstenaars samengewerkt, die een absolute inspiratiebron voor mij zijn. Toen ik net naar België verhuisd was, zag ik bijvoorbeeld de videowerken ‘Hommage à…I’, ‘Hommage à…II’, ‘Hommage à…III’ en Hommage à…IV’ van Lili Dujourie voor het eerst in M Leuven. Dat heeft een enorme indruk op me gemaakt. Dat dezelfde curatoren nu mij hebben geprogrammeerd, maakt me heel blij.”