Leen Voet in M

Leen Voet in M

Atelier Leen Voet

© Eva Beeusaert voor M Leuven

Kleurrijke schilderijen die raken aan fundamentele patronen, verhoudingen en tradities in kunst en maatschappij: zo zou je het werk van Leen Voet kunnen omschrijven. Vanaf 7 april 2023 kan je in M naar haar allereerste overzichtstentoonstelling. Een absolute eyeopener.

Atelier Leen Voet

© Eva Beeusaert voor M Leuven

Een haat-liefdeverhouding met de schilderkunst

Leen Voet

In de eerste zaal zie je ‘Je fais ce que je veux’: een reeks schilderijen waaruit de Vlaamse Gemeenschap in 2021 drie duo’s aankocht, die M sindsdien in langdurige bruikleen heeft. Er zit een bijzonder verhaal achter.


Leen Voet: “Het werk vertrekt van een fragment uit ‘Rendez-vous avec...’, een Frans tv-programma uit de jaren 60. Daarin ontving Jacqueline Joubert, de eerste vrouwelijke tv-presentatrice van Frankrijk, iedere week een bekende gast. In deze aflevering was dat Bourvil, een zanger, komiek en acteur die toen erg populair was. Hij zingt een ludiek liedje over het huwelijk, ‘Je fais ce que tu veux’. In het studiodecor staan er zes deuren in een halve cirkel. In het midden zit Jacqueline Joubert, die hier even de acteursrol opneemt, op een stoel. Behalve door de geweldig grappige performance werd ik getriggerd door de vele deuren, en hoe Bourvil die activeert. Hij klopt op elke deur, waardoor hij op een speelse manier suggereert dat het huwelijk waar hij over zingt misschien niet helemaal monogaam is. De deuren worden zo een derde personage, naast Jacqueline Joubert en Bourvil zelf. Hun rol wordt omgekeerd, van passief naar actief.”

 

“Ik heb de onderverdeling van de zes deuren overgenomen op evenveel doeken. Die heb ik even hoog gemaakt als Bourvil zelf – 1 meter 72. Het resultaat doet denken aan abstracte schilderijen, zonder dat je die meteen kan thuisbrengen. Op de achterkant staat met roze verf de tekst van een strofe uit het liedje, die tegelijk als titel van het werk fungeert.”

Image
Je fais ce que je veux #2
'Je fais ce que je veux #2', Leen Voet, 2019-2021, Collectie Vlaamse Gemeenschap bij M Leuven © de kunstenaar, foto: Kristien Daem
Image
Je fais ce que je veux #4
'Je fais ce que je veux #4', Leen Voet, 2019-2021, Collectie Vlaamse Gemeenschap bij M Leuven © de kunstenaar, foto: Kristien Daem
Image
Je fais ce que je veux #6
'Je fais ce que je veux #6', Leen Voet, 2019-2021, Collectie Vlaamse Gemeenschap bij M Leuven © de kunstenaar, foto: Kristien Daem

“Bij elk van de zes deuren heb ik vervolgens een schilderij gemaakt met een silhouet van een mannenfiguur – Bourvil – of een vrouwenfiguur – Jacqueline Joubert, een verwijzing naar de binaire logica van een huwelijk. Zo ontstonden er zes duo’s waarin er zich een verschuiving voordoet van individu naar object en van actief naar passief. Drie van die duo’s zijn eerder al getoond in galerie Baronian in Brussel, maar de volledige reeks zal straks in M voor het eerst samen te zien zijn.”


“Het liedje van Bourvil heet ‘Je fais ce que tu veux’, maar ik heb er ‘Je fais ce que je veux’ van gemaakt. Een kleine knipoog naar wat men artistieke vrijheid noemt.”

Whatever-kleuren

‘Je fais ce que je veux’ is een goed voorbeeld van hoe je graag werkt. Je vertrekt van iets concreets, soms zelfs anekdotisch, maar je transformeert het tot iets dat compleet nieuw en eigen is. Het resultaat zweeft meestal tussen figuratief en abstract. 
“De Bert Vandael-reeks is daar ook een voorbeeld van. Bert Vandael was een van onze leraars in de kunsthumaniora in Turnhout, waar ik naar school ging. Elke week stuurde hij ons naar buiten om een landschap naar waarneming te schilderen in aquarel – een klassieke educatieve oefening. Na een tijdje begon de routine me te vervelen en ging ik mezelf varianten permitteren. Een groen dorpsgezicht werd bijvoorbeeld een fabriek met rokende schoorstenen – die schilderde ik na van een foto.” 


“Die reeks aquarellen uit de jaren 80 ben ik sinds 2016 beginnen te herinterpreteren in olieverf. Het is een langdurig proces, dat synchroon loopt met andere werken. Voor deze Bert Vandael-reeks besliste ik vooraf om de volledige reeks uit te werken aan de hand van gegeometriseerde lijntekeningen. Die schilder ik vervolgens in met verschillende kleuren en daarna zet ik er rasters en lijnen over in contrasterende kleuren. Het is een zoektocht naar figuratie en systematiek, naar visuele codes en het anti-picturale.”

Leen Voet, ‘#BVD #43’ uit de serie Bert Vandael, 2017

Leen Voet, ‘#BVD #43’ uit de serie Bert Vandael, 2017 © Leen Voet en Baronian, foto: Kristien Daem

Je gebruikt vaak opvallend felle, strak afgelijnde, schaduwloze kleurvlakken. Hoe kies je je kleuren?
“Dat is niet voor elke reeks hetzelfde. Het kleurgebruik wordt beslist op basis van de serie. Voor de Bert Vandael-reeks bijvoorbeeld had ik beslist om geen rekening te houden met het esthetische, het zinvolle of het logische. Ik noem het whatever-kleuren. De rasters die ik er overheen schilder corrigeren enigszins het evenwicht, maar voegen door hun dynamiek ook een grafische spanning toe die zich tot de kleur verhoudt.”

 
“Voor de nieuwe reeks ‘Bernard, Paul & Constant’, die ik gemaakt heb voor de tentoonstelling in M, zet ik bewust een beperkt kleurenpalet in: rood, geel en blauw, aangevuld met zwart en grijs. De primaire kleuren verwijzen naar De Stijl, en bij uitbereiding naar het modernisme. Ik ben geïnteresseerd in hoe een schilderij zich kan gedragen, en hoe je er als toeschouwer vanuit je voorkennis en ervaringen een affectieve band mee opbouwt. In hoe abstractie zich verhoudt tot figuratie, ook.”

 

Je werkt heel veel in reeksen. Waarom vind je dat belangrijk?
“Juist vanwege die spanning tussen het individuele beeld en het seriële. Ieder werk heeft een eigen identiteit, maar verwijst tegelijk naar de andere werken uit de reeks. Die twee aspecten zijn voor mij even belangrijk.”

 

In M zullen ook werken te zien zijn uit de reeks ‘Alda & Armand’. Dat zijn de voornamen van je ouders. 
“‘Alda & Armand’ is een reeks van twaalf schilderijen. Ze zijn gebaseerd op vier gebloemde keukenhanddoeken, die mijn ouders in de jaren 70 of 80 cadeau hadden gekregen op een voedingsbeurs. Die gratis handdoekjes interesseerden mij omdat ze goeie herinneringen opriepen aan mijn kindertijd, maar mijn vader wilde ze mij alleen meegeven op voorwaarde dat ik er schilderijen van zou maken. Van elke handdoek heb ik drie versies geschilderd: een vrij getrouwe kopie, een meer geometrische versie en een versie die wat vettiger geschilderd is.”

Leen Voet, zaalzicht ‘Alda & Armand’, Baronian, Brussel, 2019

Leen Voet, zaalzicht ‘Alda & Armand’, Baronian, Brussel, 2019 © Leen Voet en Baronian, foto: Isabelle Arthuis

Hopeloos geval

In M zal ook de Sint-Ritareeks te zien zijn: een serie kleurrijke schilderijen waarvoor je bent vertrokken van modernistische kerkinterieurs.
“Sint-Rita is de patroonheilige van de hopeloze gevallen. De reeks is genoemd naar de schitterende jaren 60-kerk van Léon Stynen en Paul De Meyer in Harelbeke. Ik was geboeid door het interieur, door het ‘lichaam’ van de kerk en de kleine objecten die vaak in kerken aanwezig zijn: kandelaren, lessenaars, kruisbeelden.... Ze zitten op de kruising van gebruiksvoorwerpen en kunst. Details van die objecten vind je ook terug in de schilderijen.”


“De doeken uit de Sint-Ritaserie zijn niet opgespannen. Ze worden getoond op vijf verschillende houten structuren die naar schildersezels verwijzen, en die vrij in de ruimte staan. De installatie speelt met een conflict in ruimtelijkheid. Enerzijds tussen het tweedimensionale van de afgebeelde kerken en anderzijds de ruimtelijke opstelling van het geschilderde vlak. In de tussenruimte ontstaat er als het ware een nieuw ‘lichaam’.”


“Ik hou van schilderijen als materiële objecten, van hun fysieke aanwezigheid. Tegelijk voel ik een weerzin tegen het trage, ambachtelijke, haast ouderwetse van het maakproces. Ik ga op zoek naar het programmatische, het schematische, het seriële, en tegelijk naar de beperkte ruimte die er binnen dat kader nog overblijft voor het affectieve. Die spanning, die frictie fascineert mij, en tegelijk zit ze me soms dwars. Ik heb een haat-liefdeverhouding met de schilderkunst.”

Leen Voet, zaalzicht ‘Sint-Rita’ in ‘Un Scene III’, Wiels, Brussel, 2015

Leen Voet, zaalzicht ‘Sint-Rita’ in ‘Un Scene III’, Wiels, Brussel, 2015 © Leen Voet

Inspiratie in M

Speciaal voor de tentoonstelling heb je ook enkele nieuwe werken gemaakt. Daarvoor ben je inspiratie gaan zoeken in de collectie van M.
“Ik had al langer interesse in de beelden die kunstenaars maken van hun eigen atelier en dat van anderen. Via de digitale collectiedatabank van erfgoedplus.be ben ik de M-collectie gaan doorzoeken. Daar vond ik zes 19e- en 20e-eeuwse schilderijen die me interesseerden. Ik ben die dan gaan bekijken in het depot van M, en er bleven er drie over. Alle drie beelden ze een atelier af, op een heel gedetailleerde manier, met veel aandacht voor de ruimtelijkheid. De drie werken interesseerden me omdat binnen het werk de focus verschuift van de afbeelding van een ruimte naar een portrettering van de kunstenaar zélf, zonder dat die wordt afgebeeld. Het is die vereenzelviging van de kunstenaar met zijn atelierruimte die ik opmerkelijk vind.”


“Daarna ben ik te werk gegaan zoals bij eerdere series. Voor ik begon te schilderen, maakte ik digitale schematische lijntekeningen volgens de composities van de originelen. In het resultaat herken je de 19e- en 20e-eeuwse schilderijen nog, maar de afbeelding is gereduceerd tot een minimum. Veel visuele informatie is weggelaten, enkel het schema van het origineel blijft over. Zoals bij ‘Het model’ van de 19e-eeuwse genreschilder Paul Haesaert, waarop hij een kunstenaar afbeeldt terwijl die een vrouwelijk model portretteert. Op de grond ligt een opgefrommeld stuk textiel – een schildersvod, maar misschien is het ook wel haar slipje. Naast het model zit een oudere vrouw, mogelijk haar moeder. Ze is kennelijk mee naar het atelier gekomen om over de kuisheid te waken. Aan die details – het suggestieve slipje en de bezorgde moeder – zie je dat de maatschappij in die tijd nog erg seksistisch was. Daarom heb ik ze weggelaten. In de achtergrond toont Haesaert een doek op een ezel – een schilderij-in-het-schilderij, een zogeheten mise-en-abîme. De contouren daarvan heb ik wél behouden.”


“De originelen uit de M-collectie zijn veel kleiner dan mijn hernemingen. Maar naast ieder nieuw werk presenteer ik een monochroom doek met dezelfde afmetingen als het origineel. De titels van mijn werken verwijzen ook naar de originelen, al worden die zelf niet getoond.”

Atelier Leen Voet

© Eva Beeusaert voor M Leuven

Zelfportret in schooluniform

Voor de tentoonstelling in M heb je voor het eerst ook zelfportretten gemaakt.
“Ja, dat is nieuw voor me. Ik ben vertrokken van een zelfportret dat ik op mijn zeventiende heb geschilderd, ook weer als schoolopdracht tijdens de kunsthumaniora. Het origineel schilderde ik in de grisailletechniek van de Vlaamse Primitieven. Het toont me in mijn schooluniform, maar lijkt niet volledig afgewerkt.”

 

Je raakte het al aan: in je werk stel je ook vragen over de man-vrouwverhoudingen in de kunst en de maatschappij in het algemeen.
“Mijn werk gaat nooit rechtstreeks over dé man-vrouwverhoudingen, maar mannelijke rolmodellen zijn er zeker in aanwezig. In de titels keren bijvoorbeeld vaak mannennamen terug: ‘Bernard, Paul & Constant’, Bert Vandael, de Felix-reeks rond Felix De Boeck.... Ze staan voor de kerk, het gezin, de verhouding leraar-leerling, het kunstenaarschap...”

Benieuwd!

Dit wordt je allereerste overzichtstentoonstelling. Wat verwacht je ervan?
“Ik ga voor het eerst verschillende reeksen samen brengen: ik ben benieuwd hoe bezoekers dat zullen ervaren. Hopelijk krijgen ze meer inzicht in m’n werk.”


“Bij de tentoonstelling hoort ook de eerste overzichtspublicatie van mijn oeuvre, inclusief zaalzichten van de tentoonstelling en de nieuwe werken. Het is fijn om een tentoonstelling te maken waar nadien iets van bewaard blijft.”

Leen Voet, van 07.04.23 tot 10.09.23 in M