Portret van een M-bassadeur: Olivier Mal
Portret van een M-bassadeur
Olivier Mal is een geboren Waal, maar woont al jaren in Leuven. Als M-bassadeur steunt hij een buitengewone plek in zijn stad. Tegelijk kan hij met zijn Museumpas ook andere musea in België bezoeken.
Leuven zonder M zou Leuven niet zijn
Olivier: “In 2009 is M opengegaan. Het gebouw sprak me meteen aan – de mix van oude en nieuwe elementen vind ik erg geslaagd. Kort daarna ben ik M-bassadeur geworden. Je hebt dan onder meer onbeperkt toegang tot het museum, en nog een hoop andere voordelen.”
“Aanvankelijk ging ik met het gezin: de kinderen waren nog jong, en ik nam ze geregeld mee naar M. We hebben er zelfs ooit een verjaardagsfeestje voor mijn zoon georganiseerd. Intussen is hij zestien, en onlangs zijn we samen op citytrip naar Parijs geweest. Hij wilde zéker de musea zien. Zo zie je maar, jong geleerd is oud gedaan (lacht).”
“Intussen ben ik al ruim tien jaar M-bassadeur. Sinds een paar jaar combineer ik dat met een Museumpas. Die geeft me toegang tot meer dan 220 musea in België, maar toch blijf ik M-bassadeur. Daar zijn heel wat goeie redenen voor.”
Het museum van alle Leuvenaars
“Om te beginnen vind ik het belangrijk om M te steunen. Leuven is een stad die terecht trots is op haar verleden, en tegelijk openstaat voor nieuwe ontwikkelingen. Dat geldt eigenlijk ook voor M: kijk maar naar de combinatie van oude en hedendaagse kunst, naar de architectuur van het gebouw... M ligt ook midden in de stad, ’t is een beetje het museum van alle Leuvenaars. Je kan het niet meer wegdenken. Leuven zonder M zou Leuven niet zijn.”
“Als M-bassadeur heb je ook allerlei voordelen. Je kan bijvoorbeeld naar interessante lezingen. Ik herinner er me eentje over de Arenbergs, in 2018. Tot dan toe kende ik die familie eigenlijk alleen van naam, maar sindsdien weet ik hoe belangrijk ze voor Leuven zijn geweest – zonder hen zouden we heel wat minder historische gebouwen hebben, en ook geen Heverleebos of Meerdaalwoud. Toen ik na die lezing de Arenbergtentoonstelling in M bezocht, stak ik daar veel meer van op.”
“Als M-bassadeur kan je ook mee op culturele uitstappen en deelnemen aan rondleidingen door kunstenaars en curatoren. Dat wil ik graag nog eens doen. Het lijkt me bijzonder interessant om pakweg een hedendaagse kunstenaar te horen vertellen over zijn of haar werk.”
“Eén keer per jaar organiseert M een Vriendendag voor M-bassadeurs en M-cenassen. Daar probeer ik altijd naartoe te gaan. Je hoort er welke nieuwe tentoonstellingen en activiteiten er op het programma staan, je krijgt er een hapje en een drankje... Je mag ook iemand meenemen – erg plezierig.”
Altijd iets te doen
“In M is altijd wel iets te beleven. Ik spring er graag eens binnen om een tentoonstelling mee te pikken. Die over albast vond ik bijvoorbeeld heel sterk. Je kon er albast en andere materialen aanraken en vergelijken, da’s tof. En Sofie Muller, een hedendaagse kunstenaar, had speciaal voor de tentoonstelling nieuwe werken in albast gecreëerd: indrukwekkend.”
“Er zijn ook werken waar ik keer op keer naar terugkeer. De beelden van Constantin Meunier. De uur- en kalenderwijzerplaat uit 1500. En ‘Year X’ van Orla Barry vind ik ook bijzonder – da’s die muur vol bordjes met intrigerende uitspraken, in de eerste museumzaal. Ik heb de indruk dat er soms nieuwe bordjes bijkomen. Of zou dat mijn verbeelding zijn?”
“Meestal ga ik in m’n eentje naar M. Achteraf drink ik dan iets in de koffiehoek – blij dat die terug is. De Museumpas gebruik ik vooral om met vrienden naar andere musea te gaan. We hebben Rinus van de Velde gezien in Bozar, de Brugse musea, het vernieuwde KMSKA in Antwerpen... Ik zie de pas als een soort kunstabonnement, net zoals je een abonnement op de krant of de fitness hebt. Het verlaagt de drempel om een museum binnen te stappen, en na een paar bezoekjes heb je de uitgave al terugverdiend. En als je de Museumpas combineert met het M-bassadeurschap, betaal je echt niet zoveel méér, én je steunt een buitengewone plek in je eigen stad. Ik doe het volgend jaar zeker weer.”